γάμος: Difference between revisions

1,997 bytes added ,  9 January 2019
nl
(1b)
(nl)
Line 39: Line 39:
{{elru
{{elru
|elrutext='''γάμος:''' ὁ тж. pl.<br /><b class="num">1)</b> брак, бракосочетание, супружество Hom., Hes., Pind., Trag., Plat., Arst., Luc.: ἄγειν τινὰ ἐπὶ γάμῳ Xen. и πρὸς γάμον Plut. взять кого-л. в жены;<br /><b class="num">2)</b> свадьба, брачный пир (γάμον τεύχειν Hom.; γάμους ἑστιᾶν Isae., Arst.; εἰς γάμον τινὸς [[ἐλθεῖν]] Eur.);<br /><b class="num">3)</b> половые сношения, сожительство (Πανὸς γάμοι Eur.; μεθημερινοὶ γάμοι Dem.).
|elrutext='''γάμος:''' ὁ тж. pl.<br /><b class="num">1)</b> брак, бракосочетание, супружество Hom., Hes., Pind., Trag., Plat., Arst., Luc.: ἄγειν τινὰ ἐπὶ γάμῳ Xen. и πρὸς γάμον Plut. взять кого-л. в жены;<br /><b class="num">2)</b> свадьба, брачный пир (γάμον τεύχειν Hom.; γάμους ἑστιᾶν Isae., Arst.; εἰς γάμον τινὸς [[ἐλθεῖν]] Eur.);<br /><b class="num">3)</b> половые сношения, сожительство (Πανὸς γάμοι Eur.; μεθημερινοὶ γάμοι Dem.).
}}
{{elnl
|elnltext=[[γάμος]] -ου, ὁ [[γαμέω]]<br /><b class="num">1.</b> ‘huwelijk’ in de zin van vaste seksuele relatie tussen man en vrouw (geen jurid. status, wel maat sch. erkend) huwelijk, vanaf Hom. alg., vaak plur. ; ; ἄγειν ἐπὶ γάμῳ tot vrouw nemen Xen. An. 2.4.8; Σκιπίωνος... ἀδελφὴν ἠγάγετο πρὸς γάμον hij liet (zijn zoon) trouwen met de zuster van Scipio Plut. CMa 24.2; voor γάμον γαμεῖν, zie [[γαμέω]].<br /><b class="num">2.</b> uitbr., voor een mannenhuwelijk:; γάμοις... τοῖς ἄρρεσι χρῶνται zij (de (mannelijke) maanbewoners) hebben de gewoonte om met mannen te trouwen Luc. 13.22; eufem. ; voor buitenechtelijke relatie ‘huwelijk’:; οὑμοὶ γάμοι ὤνησαν Ἑλλάδ (α) mijn relatie heeft Hellas voordeel gebracht (Helena en Paris) Eur. Tr. 932; voor onvrijwillige seks:; Πανὸς ἀναβοᾷ γάμους (een nimf) schreeuwt het uit over haar ‘huwelijk’ met Pan (d.w.z. verkrachting) Eur. Hel. 190; voor prostitutie :. ἡ [[μήτηρ]] τοῖς καθημερινοῖς γάμοις... χρωμένη je moeder hield zich bezig met huwelijksactiviteiten overdag Dem. 18.129.<br /><b class="num">3.</b> concr., van een huwelijk met een bepaald type vrouw huwelijk(-spartner) :. [[ὁποῖος]] ἂν [[γάμος]] ἑκάστῳ συναρμόσειε wat voor soort verbintenis bij eenieder zou passen Xen. Cyr. 8.4.19; γάμον [[λαβεῖν]] γενναῖον een goed huwelijk sluiten (d.w.z. met een vrouw van goede komaf) Plut. Comp. Arist. CMa 6.3; [[Πάρις]] οὐ γάμον [[ἀλλά]] τιν ’ ἄταν ἀγάγετ ’ εὐναίαν... Ἑλέναν Paris trouwde in Helena geen huwelijkspartner, maar haalde de vernietiging in bed Eur. Andr. 103.<br /><b class="num">4.</b> bruiloft, bruiloftsfeest :. οἱ δὲ γάμον τεύξουσι zij zullen een bruiloftsfeest aanrichten Od. 2.196.
}}
}}