3,273,724
edits
m (Text replacement - " :" to ":") |
m (Text replacement - " ’" to "’") |
||
Line 44: | Line 44: | ||
}} | }} | ||
{{elnl | {{elnl | ||
|elnltext=συν-έχω, Att. ook ξυνέχω act. intrans. alleen bij Hom. bij elkaar komen, aaneensluiten:. ἵνα … ξυνέχουσι τένοντες ἀγκῶνος waar de pezen van de elleboog bij elkaar komen Il. 20.478. act. met acc. bij elkaar houden, bijeenhouden:; τοὺς τρεῖς ξυνέχων τῶν δακτύλων terwijl hij zijn drie vingers (waarmee je gewoonlijk het stemsteentje vasthoudt) bij elkaar houdt Aristoph. Ve. 95; τὸ στράτευμα σ. het leger bij elkaar houden Xen. An. 7.2.8; τοὺς πολίτας σ. ἐν τοῖς ὅπλοις de burgers onder de wapens houden Plut. Sol. 22.2; m. n. van staten en andere groepen of gemeenschappen bijeenhouden, in stand houden:; σ. τὴν πολιτικὴν κοινωνίαν de politieke gemeenschap in stand houden Aristot. Pol. 1278b25; ξ. τὴν εἰρεσίαν het roeitempo gelijk houden Thuc. 7.14.1; van verschillende partijen in vriendschap bijeenhouden. omringen, omsluiten, insluiten; overdr. omvatten:. πάντα … εἷς λόγος συνέχει één redenering omvat alles Plat. HpMi 374d. (aan beide kanten) gesloten houden:. συνέσχον τὰ ὦτα αὐτῶν ze hielden hun handen voor hun oren NT Act. Ap. 7.57. beperken, dwingen, in zijn greep houden; NT 2 Cor. 5.14; vasthouden, gevangen houden. NT Luc. 22.63. med. opgesloten zitten:. ἐν φρέατι in een put Plat. Tht. 165b. pass. bij elkaar gehouden worden, bijeengehouden worden,. = | |elnltext=συν-έχω, Att. ook ξυνέχω act. intrans. alleen bij Hom. bij elkaar komen, aaneensluiten:. ἵνα … ξυνέχουσι τένοντες ἀγκῶνος waar de pezen van de elleboog bij elkaar komen Il. 20.478. act. met acc. bij elkaar houden, bijeenhouden:; τοὺς τρεῖς ξυνέχων τῶν δακτύλων terwijl hij zijn drie vingers (waarmee je gewoonlijk het stemsteentje vasthoudt) bij elkaar houdt Aristoph. Ve. 95; τὸ στράτευμα σ. het leger bij elkaar houden Xen. An. 7.2.8; τοὺς πολίτας σ. ἐν τοῖς ὅπλοις de burgers onder de wapens houden Plut. Sol. 22.2; m. n. van staten en andere groepen of gemeenschappen bijeenhouden, in stand houden:; σ. τὴν πολιτικὴν κοινωνίαν de politieke gemeenschap in stand houden Aristot. Pol. 1278b25; ξ. τὴν εἰρεσίαν het roeitempo gelijk houden Thuc. 7.14.1; van verschillende partijen in vriendschap bijeenhouden. omringen, omsluiten, insluiten; overdr. omvatten:. πάντα … εἷς λόγος συνέχει één redenering omvat alles Plat. HpMi 374d. (aan beide kanten) gesloten houden:. συνέσχον τὰ ὦτα αὐτῶν ze hielden hun handen voor hun oren NT Act. Ap. 7.57. beperken, dwingen, in zijn greep houden; NT 2 Cor. 5.14; vasthouden, gevangen houden. NT Luc. 22.63. med. opgesloten zitten:. ἐν φρέατι in een put Plat. Tht. 165b. pass. bij elkaar gehouden worden, bijeengehouden worden,. = μετ’ ἀλλήλων σ. Plat. Tim. 43e. met elkaar verwikkeld of bezig zijn, in strijd; Hdt. 1.214.2; in seks. Thphr. Char. 28.3. beperkt worden door, lijden onder, gekweld of geteisterd worden door, met dat.:; φροντίδι door zorg Eur. Hcld. 634; τῇ δίψῃ ἀπαύστῳ door niet te lessen dorst Thuc. 2.49.5; μεγάλοις καὶ ἀνιάτοις νοσήμασιν door ernstige en ongeneeslijke ziektes Plat. Grg. 512a; ook door personen. πατρὶ συνείχετο... ὀργὴν χαλεπῷ hij had te lijden onder een driftige vader Hdt. 3.131. in beslag genomen worden door, met dat.: συνείχετο τῷ λόγῳ richtte zich volledig op de verkondiging NT Act. Ap. 18.5. | ||
}} | }} | ||
{{mdlsj | {{mdlsj |