κομίζω: Difference between revisions

1,862 bytes added ,  9 January 2019
1ba
(nl)
(1ba)
Line 42: Line 42:
{{elnl
{{elnl
|elnltext=κομίζω [~ κομέω] ep. inf. praes. κομιζέμεν; aor. ep. (ἐ)κόμισ(σ)α, Dor. ἐκόμιξα, ep. med. (ἐ)κομισσάμην; fut. κομίσω en κομιῶ, Ion. fut. med. κομιεῦμαι act. en med., met acc. zorg dragen voor zorgen voor, verzorgen:; οὐδὲ τὸν γηράσκοντα κομίζω ik kan niet voor hem zorgen nu hij oud wordt Il. 24.541 ἐνδυκέως κ. liefdevol verzorgen Od. 17.113; τὰ σ ’ αὐτῆς ἔργα κόμιζε zorg voor je eigen werk Il. 6.490; med.: καί σε … κομίσσατο ᾧ ἐνὶ οἴκῳ en hij nam jou in zijn eigen huis op Il. 8.284. brengen, begeleiden, aanvoeren:; σὺ μὲν κομίζοις ἂν σεαυτὸν ᾗ θέλεις jij mag je begeven waarheen je wilt Soph. Ant. 444; med.:; εἴσω κομίζου ga naar binnen Aeschl. Ag. 1035; ἐς Βαβυλῶνα κομίζεσθαι zich naar Babylon begeven Hdt. 1.185; οἵ... αὐτῇ κομιοῦσιν ὧν δεῖται die zaken waaraan behoefte bestaat zullen aanvoeren voor hun stad Plat. Resp. 370e; οἷ ὁ δαίμων ἕκαστον κομίζει waarheen de godheid ieder begeleidt Plat. Phaed. 113d; overdr.:; οἱ δὴ κομίσαντες τὴν δόξαν ταύτην zij die die opvatting introduceerden Aristot. EN 1096a17; pregn. in veiligheid brengen, redden:. Ἀμφίμαχον … κόμισαν μετὰ λαὸν Ἀχαιῶν zij brachten Amphimachus veilig terug in het leger van de Achaeërs Il. 13.196; ἄρουραν ἔτι πατρίαν σφίσιν κόμισον behoud het akkerland van hun voorvaderen Pind. Ο. 2.14. wegdragen, meenemen, behalen;; κόμισσα δὲ μώνυχας ἵππους ik (Nestor) nam de eenhoevige paarden mee Il. 11.738; ἔπαινος, ὅν κομίζετον de roem die jullie behalen Soph. OC 1411; τις Ἀργείων ( ἄκοντα ) κόμισε χροΐ een van de Grieken heeft (de speer) in zijn lijf opgevangen Il. 14.456; med.:; ἔργα κομίζεσθαι Δημητέρος de graanoogst binnenbrengen Hes. Op. 393; met acc. en gen., met acc. en παρά + gen., met acc. en ἀπό + gen. iets van iem. (terug)krijgen:. ἐφ ’ ᾧ τοὺς ἄνδρας κομιοῦνται op voorwaarde dat zij hun mannen zouden terugkrijgen Thuc. 1.113.3; τὴν ἡμετέραν βασιλείαν ons eigen koningschap herwinnen Aristoph. Av. 549; διπλάσια het dubbele bedrag innen Lys. 19.57; χάριν dank krijgen Dem. 18.114; ἆθλα prijzen behalen Plat. Resp. 621d; ὁ γὰρ ἀδικῶν κομίσεται ὃ ἠδίκησεν wie onrecht doet, zal de opbrengst van zijn onrecht oogsten NT Col. 3.25. pass. intrans. terugkeren:. ἐκομίσθησαν ἐπ ’ οἴκου zij keerden terug naar huis Thuc. 2.33.3.
|elnltext=κομίζω [~ κομέω] ep. inf. praes. κομιζέμεν; aor. ep. (ἐ)κόμισ(σ)α, Dor. ἐκόμιξα, ep. med. (ἐ)κομισσάμην; fut. κομίσω en κομιῶ, Ion. fut. med. κομιεῦμαι act. en med., met acc. zorg dragen voor zorgen voor, verzorgen:; οὐδὲ τὸν γηράσκοντα κομίζω ik kan niet voor hem zorgen nu hij oud wordt Il. 24.541 ἐνδυκέως κ. liefdevol verzorgen Od. 17.113; τὰ σ ’ αὐτῆς ἔργα κόμιζε zorg voor je eigen werk Il. 6.490; med.: καί σε … κομίσσατο ᾧ ἐνὶ οἴκῳ en hij nam jou in zijn eigen huis op Il. 8.284. brengen, begeleiden, aanvoeren:; σὺ μὲν κομίζοις ἂν σεαυτὸν ᾗ θέλεις jij mag je begeven waarheen je wilt Soph. Ant. 444; med.:; εἴσω κομίζου ga naar binnen Aeschl. Ag. 1035; ἐς Βαβυλῶνα κομίζεσθαι zich naar Babylon begeven Hdt. 1.185; οἵ... αὐτῇ κομιοῦσιν ὧν δεῖται die zaken waaraan behoefte bestaat zullen aanvoeren voor hun stad Plat. Resp. 370e; οἷ ὁ δαίμων ἕκαστον κομίζει waarheen de godheid ieder begeleidt Plat. Phaed. 113d; overdr.:; οἱ δὴ κομίσαντες τὴν δόξαν ταύτην zij die die opvatting introduceerden Aristot. EN 1096a17; pregn. in veiligheid brengen, redden:. Ἀμφίμαχον … κόμισαν μετὰ λαὸν Ἀχαιῶν zij brachten Amphimachus veilig terug in het leger van de Achaeërs Il. 13.196; ἄρουραν ἔτι πατρίαν σφίσιν κόμισον behoud het akkerland van hun voorvaderen Pind. Ο. 2.14. wegdragen, meenemen, behalen;; κόμισσα δὲ μώνυχας ἵππους ik (Nestor) nam de eenhoevige paarden mee Il. 11.738; ἔπαινος, ὅν κομίζετον de roem die jullie behalen Soph. OC 1411; τις Ἀργείων ( ἄκοντα ) κόμισε χροΐ een van de Grieken heeft (de speer) in zijn lijf opgevangen Il. 14.456; med.:; ἔργα κομίζεσθαι Δημητέρος de graanoogst binnenbrengen Hes. Op. 393; met acc. en gen., met acc. en παρά + gen., met acc. en ἀπό + gen. iets van iem. (terug)krijgen:. ἐφ ’ ᾧ τοὺς ἄνδρας κομιοῦνται op voorwaarde dat zij hun mannen zouden terugkrijgen Thuc. 1.113.3; τὴν ἡμετέραν βασιλείαν ons eigen koningschap herwinnen Aristoph. Av. 549; διπλάσια het dubbele bedrag innen Lys. 19.57; χάριν dank krijgen Dem. 18.114; ἆθλα prijzen behalen Plat. Resp. 621d; ὁ γὰρ ἀδικῶν κομίσεται ὃ ἠδίκησεν wie onrecht doet, zal de opbrengst van zijn onrecht oogsten NT Col. 3.25. pass. intrans. terugkeren:. ἐκομίσθησαν ἐπ ’ οἴκου zij keerden terug naar huis Thuc. 2.33.3.
}}
{{mdlsj
|mdlsjtxt=<br /><b class="num">I.</b> to [[take]] [[care]] of, [[provide]] for, Hom.:— to [[receive]] [[hospitably]], to [[entertain]], Thuc.; [[more]] [[commonly]] in Mid., Hom.<br /><b class="num">2.</b> of things, to [[mind]], [[attend]] to, [[give]] [[heed]] to, Hom., etc.; ἔξω κομίζειν πηλοῦ [[πόδα]] to [[keep]] one's [[foot]] out of the mud, Aesch.<br /><b class="num">II.</b> to [[carry]] [[away]] so as to [[preserve]], [[carry]] [[home]], [[carry]] [[safe]] [[away]], Il., etc.; [[simply]], to [[save]], [[rescue]], τινὰ ἐκ θανάτου Pind.; but, νεκρὸν κ. to [[carry]] out to [[burial]], Soph., Eur.<br /><b class="num">2.</b> to [[carry]] off as a [[prize]] or as [[booty]], Il., Pind.:—Mid. to get for [[oneself]], [[receive]] in [[full]], [[acquire]], [[gain]], Soph., etc.<br /><b class="num">3.</b> to [[carry]], [[convey]], [[bear]], Hom., etc.:—Pass. to be conveyed, to [[journey]], [[travel]], Hdt.; [[εἴσω]] κομίζου get thee in, Aesch.; so in fut. and aor1 mid., κομιεύμεθα ἐς Σίριν Hdt., etc.<br /><b class="num">4.</b> to [[bring]] to a [[place]], [[bring]] [[hither]], [[bring]] in, καρπὸν κ. to [[gather]] in [[corn]], Hdt., etc.:—so in Mid., Hdt., Soph.; and perf. [[pass]]. in mid. [[sense]], τοὺς καρποὺς κεκόμισθε you [[have]] reaped the fruits, Dem.<br /><b class="num">5.</b> to [[conduct]], [[escort]], Soph., Plat., etc.; κ. [[ναῦς]] Thuc.<br /><b class="num">6.</b> to get [[back]], [[recover]], Pind., Eur., Plat., etc.:—Mid. to get [[back]] for [[oneself]], [[recover]], Eur., Thuc.; κομίζεσθαι χρήματα to [[recover]] a [[debt]], Dem.:—Pass. to [[come]] or go [[back]], [[return]], Hdt., [[attic]]<br /><b class="num">7.</b> like Lat. [[affero]], to [[bring]], [[give]], Aesch.
}}
}}