Anonymous

πρόσειμι: Difference between revisions

From LSJ
1b
m (Text replacement - "————————" to "<br />")
(1b)
Line 33: Line 33:
{{elnl
{{elnl
|elnltext=1. πρόσειμι [πρός, εἰμί] erbij zijn, er ook zijn:. οὔδ᾿ ὅτιοῦν ἄλλο προσῆν er was helemaal geen andere reden bij Dem. 21.176; καὶ ταῦτα προσέσται dat zal ook extra zijn Xen. Hell. 3.1.28. behoren bij, met dat.:; τῇ βίᾳ πρόσεισιν ἔχθραι καὶ κίνδυνοι vijandschap en gevaar zijn verbonden met geweld Xen. Mem. 1.2.10; οὐ γὰρ πρόσεστι γυναιξὶ ἐνίοτε μὲν εἴδωλα τίκτειν, ἔστι δὲ ἀληθινά het is geen eigenschap van vrouwen nu eens drogbeelden, dan weer echte kinderen te baren Plat. Tht. 150a; ptc. subst.. τὰ προσόνθ᾿ ἑαυτῷ zijn eigen eigenschappen Dem. 18.276.<br />πρόσειμι [πρός, εἶμι] in Att. ind. praes. met bet. van fut.; voor aor. en perf. zie προσέρχομαι naar... gaan, naderen; abs..; πρόσιθ ’ ἀτρέμας kom rustig naderbij Eur. Or. 149; βραδέως προσῇσαν zij naderden langzaam Xen. An. 1.8.11; met dat..; τῇ θύρᾳ προσίοντα naar de deur gaand Men. Dysc. 248; van zaken; τῷ δ ’ ἐναντίῳ κύτει ἐλπὶς προσῄει bij de schaal ertegenover voegde zich enkel hoop Aeschl. Ag. 817; van tijd. ἑσπέρα προσῇει de avond naderde Xen. Cyr. 3.2.25. optrekken tegen, aanvallen; met prep. bep.. τοὺς πολεμίους προσιόντας ἐφ ’ ἡμᾶς dat de vijanden tegen ons optrokken Xen. Cyr. 2.4.12. benaderen, zich aansluiten bij; met dat..; ἧσσόν τις ἐμοὶ πρόσεισι men zal zich niet zo snel bij mij aansluiten Thuc. 4.85.6; seks. met prep. bep.. ὅστις πρὸς ἐμὲ πρόσεισιν ἐστυκώς wie mij met een stijve benadert Aristoph. Lys. 214. (regelmatig) bezoeken, met dat.: Σωκράτει μὲν οὐκέτι προσῄεσαν zij bezochten Socrates niet meer Xen. Mem. 1.2.47. naar voren komen (om te spreken); met dat..; τῷ δήμῳ voor de volksvergadering verschijnen Xen. Mem. 3.7.1; met prep. bep..; πρὸς τὰς ἀρχάς voor de magistraten Thuc. 1.90.5; abs.. προσῄει ὁ βασιλεὺς περὶ τῶν γεγενημένων de basileus trad naar voren om de gebeurtenissen te bespreken And. 1.111. binnenkomen (van inkomsten):; προσιόντων μὲν ἑξακοσίων ταλάντων omdat er zeshonderd talenten binnenkwamen Thuc. 2.13.3; ptc. subst. τὰ\n προσιόντα inkomsten:. ἡ δεκάτη τῶν προσιόντων het tiende deel van de inkomsten Aristoph. Ve. 664.
|elnltext=1. πρόσειμι [πρός, εἰμί] erbij zijn, er ook zijn:. οὔδ᾿ ὅτιοῦν ἄλλο προσῆν er was helemaal geen andere reden bij Dem. 21.176; καὶ ταῦτα προσέσται dat zal ook extra zijn Xen. Hell. 3.1.28. behoren bij, met dat.:; τῇ βίᾳ πρόσεισιν ἔχθραι καὶ κίνδυνοι vijandschap en gevaar zijn verbonden met geweld Xen. Mem. 1.2.10; οὐ γὰρ πρόσεστι γυναιξὶ ἐνίοτε μὲν εἴδωλα τίκτειν, ἔστι δὲ ἀληθινά het is geen eigenschap van vrouwen nu eens drogbeelden, dan weer echte kinderen te baren Plat. Tht. 150a; ptc. subst.. τὰ προσόνθ᾿ ἑαυτῷ zijn eigen eigenschappen Dem. 18.276.<br />πρόσειμι [πρός, εἶμι] in Att. ind. praes. met bet. van fut.; voor aor. en perf. zie προσέρχομαι naar... gaan, naderen; abs..; πρόσιθ ’ ἀτρέμας kom rustig naderbij Eur. Or. 149; βραδέως προσῇσαν zij naderden langzaam Xen. An. 1.8.11; met dat..; τῇ θύρᾳ προσίοντα naar de deur gaand Men. Dysc. 248; van zaken; τῷ δ ’ ἐναντίῳ κύτει ἐλπὶς προσῄει bij de schaal ertegenover voegde zich enkel hoop Aeschl. Ag. 817; van tijd. ἑσπέρα προσῇει de avond naderde Xen. Cyr. 3.2.25. optrekken tegen, aanvallen; met prep. bep.. τοὺς πολεμίους προσιόντας ἐφ ’ ἡμᾶς dat de vijanden tegen ons optrokken Xen. Cyr. 2.4.12. benaderen, zich aansluiten bij; met dat..; ἧσσόν τις ἐμοὶ πρόσεισι men zal zich niet zo snel bij mij aansluiten Thuc. 4.85.6; seks. met prep. bep.. ὅστις πρὸς ἐμὲ πρόσεισιν ἐστυκώς wie mij met een stijve benadert Aristoph. Lys. 214. (regelmatig) bezoeken, met dat.: Σωκράτει μὲν οὐκέτι προσῄεσαν zij bezochten Socrates niet meer Xen. Mem. 1.2.47. naar voren komen (om te spreken); met dat..; τῷ δήμῳ voor de volksvergadering verschijnen Xen. Mem. 3.7.1; met prep. bep..; πρὸς τὰς ἀρχάς voor de magistraten Thuc. 1.90.5; abs.. προσῄει ὁ βασιλεὺς περὶ τῶν γεγενημένων de basileus trad naar voren om de gebeurtenissen te bespreken And. 1.111. binnenkomen (van inkomsten):; προσιόντων μὲν ἑξακοσίων ταλάντων omdat er zeshonderd talenten binnenkwamen Thuc. 2.13.3; ptc. subst. τὰ\n προσιόντα inkomsten:. ἡ δεκάτη τῶν προσιόντων het tiende deel van de inkomsten Aristoph. Ve. 664.
}}
{{mdlsj
|mdlsjtxt=1 inf. -εῖναι [[εἰμί]] sum]<br /><b class="num">1.</b> to be added to, be [[attached]] to, belong to, τινι Hdt., Soph., etc.<br /><b class="num">2.</b> absol. to be [[there]], be at [[hand]], be [[present]], Aesch., etc.; οὐδὲν [[ἄλλο]] προσῆν [[there]] was [[nothing]] [[else]] in the [[world]], Dem.; τὰ προσόνθ' ἑαυτῷ one's own properties, Dem.; [[ταῦτα]] πρόσεσται [[this]] too [[will]] be ours, Xen.; τὸ προσόν the [[surplus]], Dem. <br />2 inf. -ιέναι [[εἶμι]] ibo] [[πρόσειμι]] used in [[attic]] as fut. of [[προσέρχομαι]] [προσῄειν used in [[attic]] as imperf. of [[προσέρχομαι]] <[[form]] [[type]]="infl"><orth [[extent]]="[[full]]" lang="greek">προσῄειν</orth></[[form]]><br /><b class="num">I.</b> to go to or [[towards]], [[approach]], absol., Hom., [[attic]]:—c. dat. pers. to go to, [[approach]] one, Hdt., etc.; πρ. Σωκράτει to [[visit]] him as [[teacher]], Xen.:—c. acc. loci, [[δῶμα]], δόμους Aesch., Eur.; πρ. εἰς . . , πρὸς . . , Soph., etc.<br /><b class="num">2.</b> in [[hostile]] [[sense]], to go or [[come]] [[against]], [[attack]], τῇ πόλει Xen.; πρός τινα Hdt.; ἐπί τινα Xen.<br /><b class="num">3.</b> to [[come]] [[over]] to the [[side]] of, in war, Thuc.<br /><b class="num">4.</b> to [[come]] [[forward]] to [[speak]], πρ. τῷ δήμῳ Xen.; τῇ βουλῇ Dem.; πρὸς τὰς ἀρχάς Thuc.<br /><b class="num">5.</b> of things, to be added, ἐλπὶς προσῄει [[hope]] [[alone]] was [[left]], Aesch.<br /><b class="num">II.</b> of [[Time]], to [[come]] on, be at [[hand]], ἐπεὰν προσίῃ ἡ ὥρη Hdt.; [[ἑσπέρα]] προσῄει Xen.<br /><b class="num">III.</b> to [[come]] in, of [[revenue]], Hdt., Thuc.; τὰ προσιόντα the [[revenue]], Ar.
}}
}}