3,274,313
edits
παραφέρω: Difference between revisions
From LSJ
1ba
(nl) |
(1ba) |
||
| Line 33: | Line 33: | ||
{{elnl | {{elnl | ||
|elnltext=παρα-φέρω met acc. aandragen, binnenbrengen, opdienen, serveren:; τὴν κεφαλήν het hoofd Hdt. 1.119.5; ptc. subst.:; τὰ παραφερόμενα het opgediende eten Luc. 36.26; overbrengen:; ξύνθημα het wachtwoord Eur. Phoen. 1140; overdr. naar voren brengen, aankomen met:. καινὰ καὶ παλαιὰ παραφέροντες ἔργα oude en nieuwe feiten naar voren brengend Hdt. 9.26.1. langs... dragen, langs... brengen; met dat.:; ἃς τετραόροις ἵπποις τροχάζων παρέφερον (de toortsen) die ik al rennend naast jouw vierspan meedroeg Eur. Hel. 724; met παρά + acc.:; παραφέροντας τὸν βραχίονα παρὰ τὰς πλευράς terwijl ze hun arm langs hun lichaam bewegen Hp. Art. 12; pass.: τοῦ γὰρ κώδωνος παρενεχθέντος toen de bel langs was gebracht Thuc. 4.135.1. opzij laten gaan, verwijderen:; παρένεγκε τοῦτο τὸ ποτήριον ἀπ ’ ἐμοῦ laat deze beker aan mij voorbijgaan NT Luc. 22.42; ἐπειρῶντο... τοὺς ὑσσοὺς παραφέρειν ze probeerden de spiesen opzij te duwen Plut. Cam. 41.6; μηκέτι παρενεγκεῖν τὸν ὀφθαλμόν dat hij zijn blik niet meer opzij liet gaan Luc. 80.10.2; overdr. voorbij laten gaan, veronachtzamen:. τὰς ὥρας παρηνέγκατε τῆς θυσίας jullie hebben de tijd van het offer voorbij laten gaan Dem. 21.53; παρήνεγκε τὸ ῥηθέν hij sloeg geen acht op de voorspelling Plut. Arat. 43.7. meevoeren, meeslepen:; πολλοὺς δ ’ ὁ ποταμὸς... παραφέρων ἀπώλλυε de rivier sleurde velen mee en deed hen verdrinken Plut. Tim. 28.9; overdr., pass.: διδαχαῖς ποικίλαις καὶ ξέναις μὴ παραφέρεσθε laat u niet meeslepen door allerlei vreemde leerstellingen NT Hebr. 13.9; αἱ κρίσεις... παραφέρονται ὑπὸ τῶν τυχόντων ἐπαίνων onze oordelen worden gemakkelijk aan het wankelen gebracht door toevallige lof Plut. Tim. 6.1. langs... gaan, overtreffen:; Δημάδην... παραφέρειν αὐτοσχεδιάζοντα τὰς τοῦ Δημοσθένους σκέψεις dat Demades improviserend de weldoordachte redevoeringen van Demosthenes overtrof Plut. Demosth. 10.1; τὰς ἄλλας ὁ πατὴρ οὐκ ὀλίγῳ τῷ μέσῳ παρενεγκοῦσαν ἑώρα haar vader zag dat zij in niet geringe mate de anderen overtrof (in schoonheid) [Luc.] 83.19; abs.: αὐτόδεκα ἐτῶν διελθόντων καὶ ἡμερῶν ὀλίγων παρενεγκουσῶν toen precies tien jaar voorbij waren en nog enkele dagen eroverheen Thuc. 5.20.1. intrans., med.-pass. voorbijgaan, langsgaan, opzijgaan:. εἰς τὰ ἀριστερὰ παραφέρεται zij bewegen zich naar de linkerkant Aristot. EN 1102b20; ἐβιάζοντο πρὸς κοντὸν παραφερόμενοι μόλις zij hadden het zwaar te verduren, terwijl zij met behulp van de vaarboom met\n moeite erlangs voeren Plut. Dion 25.8; τοὺς μὲν διώκοντας ἔλαθε δρόμῳ παρενεχθέντας de achtervolgers merkten het niet, omdat ze er in volle vaart langs waren gerend Plut. Mar. 35.3; ἔτι δὲ τοῦ πρώτου ( χειμῶνος ) παραφερομένου terwijl de eerste storm nog aan het voorbijtrekken was Plut. Pel. 10.6. de verkeerde kant opgaan:; ἴσως μὲν ἀληθοῦς τινος ἐφαπτόμενοι, τάχα δ ’ ἂν καὶ ἄλλοσε παραφερόμενοι misschien de waarheid enigszins beroerend, wellicht ook de verkeerde kant uitgaand Plat. Phaedr. 265b; εἰ... παρηνέχθημέν τι τότε, νῦν... ὀρθότερον εἰπάτω als wij toen ergens mis zaten, moet hij het nu corrigeren Plat. Phlb. 60d; geneesk.: παρεφέρετο hij geraakte buiten zinnen Hp. Epid. 3.17.13. | |elnltext=παρα-φέρω met acc. aandragen, binnenbrengen, opdienen, serveren:; τὴν κεφαλήν het hoofd Hdt. 1.119.5; ptc. subst.:; τὰ παραφερόμενα het opgediende eten Luc. 36.26; overbrengen:; ξύνθημα het wachtwoord Eur. Phoen. 1140; overdr. naar voren brengen, aankomen met:. καινὰ καὶ παλαιὰ παραφέροντες ἔργα oude en nieuwe feiten naar voren brengend Hdt. 9.26.1. langs... dragen, langs... brengen; met dat.:; ἃς τετραόροις ἵπποις τροχάζων παρέφερον (de toortsen) die ik al rennend naast jouw vierspan meedroeg Eur. Hel. 724; met παρά + acc.:; παραφέροντας τὸν βραχίονα παρὰ τὰς πλευράς terwijl ze hun arm langs hun lichaam bewegen Hp. Art. 12; pass.: τοῦ γὰρ κώδωνος παρενεχθέντος toen de bel langs was gebracht Thuc. 4.135.1. opzij laten gaan, verwijderen:; παρένεγκε τοῦτο τὸ ποτήριον ἀπ ’ ἐμοῦ laat deze beker aan mij voorbijgaan NT Luc. 22.42; ἐπειρῶντο... τοὺς ὑσσοὺς παραφέρειν ze probeerden de spiesen opzij te duwen Plut. Cam. 41.6; μηκέτι παρενεγκεῖν τὸν ὀφθαλμόν dat hij zijn blik niet meer opzij liet gaan Luc. 80.10.2; overdr. voorbij laten gaan, veronachtzamen:. τὰς ὥρας παρηνέγκατε τῆς θυσίας jullie hebben de tijd van het offer voorbij laten gaan Dem. 21.53; παρήνεγκε τὸ ῥηθέν hij sloeg geen acht op de voorspelling Plut. Arat. 43.7. meevoeren, meeslepen:; πολλοὺς δ ’ ὁ ποταμὸς... παραφέρων ἀπώλλυε de rivier sleurde velen mee en deed hen verdrinken Plut. Tim. 28.9; overdr., pass.: διδαχαῖς ποικίλαις καὶ ξέναις μὴ παραφέρεσθε laat u niet meeslepen door allerlei vreemde leerstellingen NT Hebr. 13.9; αἱ κρίσεις... παραφέρονται ὑπὸ τῶν τυχόντων ἐπαίνων onze oordelen worden gemakkelijk aan het wankelen gebracht door toevallige lof Plut. Tim. 6.1. langs... gaan, overtreffen:; Δημάδην... παραφέρειν αὐτοσχεδιάζοντα τὰς τοῦ Δημοσθένους σκέψεις dat Demades improviserend de weldoordachte redevoeringen van Demosthenes overtrof Plut. Demosth. 10.1; τὰς ἄλλας ὁ πατὴρ οὐκ ὀλίγῳ τῷ μέσῳ παρενεγκοῦσαν ἑώρα haar vader zag dat zij in niet geringe mate de anderen overtrof (in schoonheid) [Luc.] 83.19; abs.: αὐτόδεκα ἐτῶν διελθόντων καὶ ἡμερῶν ὀλίγων παρενεγκουσῶν toen precies tien jaar voorbij waren en nog enkele dagen eroverheen Thuc. 5.20.1. intrans., med.-pass. voorbijgaan, langsgaan, opzijgaan:. εἰς τὰ ἀριστερὰ παραφέρεται zij bewegen zich naar de linkerkant Aristot. EN 1102b20; ἐβιάζοντο πρὸς κοντὸν παραφερόμενοι μόλις zij hadden het zwaar te verduren, terwijl zij met behulp van de vaarboom met\n moeite erlangs voeren Plut. Dion 25.8; τοὺς μὲν διώκοντας ἔλαθε δρόμῳ παρενεχθέντας de achtervolgers merkten het niet, omdat ze er in volle vaart langs waren gerend Plut. Mar. 35.3; ἔτι δὲ τοῦ πρώτου ( χειμῶνος ) παραφερομένου terwijl de eerste storm nog aan het voorbijtrekken was Plut. Pel. 10.6. de verkeerde kant opgaan:; ἴσως μὲν ἀληθοῦς τινος ἐφαπτόμενοι, τάχα δ ’ ἂν καὶ ἄλλοσε παραφερόμενοι misschien de waarheid enigszins beroerend, wellicht ook de verkeerde kant uitgaand Plat. Phaedr. 265b; εἰ... παρηνέχθημέν τι τότε, νῦν... ὀρθότερον εἰπάτω als wij toen ergens mis zaten, moet hij het nu corrigeren Plat. Phlb. 60d; geneesk.: παρεφέρετο hij geraakte buiten zinnen Hp. Epid. 3.17.13. | ||
}} | |||
{{mdlsj | |||
|mdlsjtxt=poet. παρ-[[φέρω]] fut. -οίσω<br /><b class="num">I.</b> to [[bring]] to one's [[side]], to [[hand]] to, set [[before]] one, Hdt., Xen.; π. τὰς κεφαλάς to [[exhibit]] them, Hdt.:—Pass. to be set on [[table]], Hdt.<br /><b class="num">2.</b> to [[bring]] [[forward]], by way of [[argument]], π. ἐς [[μέσον]] Hdt.: to [[bring]] [[forward]], [[allege]], [[cite]], Hdt., Eur., etc.<br /><b class="num">3.</b> to [[hand]] [[over]], [[transmit]], Eur.<br /><b class="num">II.</b> to [[carry]] [[beside]], τί τινι Eur.<br /><b class="num">III.</b> to [[carry]] [[past]] or [[beyond]], Plat.; π. τὴν χεῖρα to [[wave]] the [[hand]], Dem.:—Pass. to be carried [[past]] or [[beyond]], Thuc.; τοῦ χειμῶνος παραφερομένου [[while]] the [[winter]] was [[passing]], Plut.<br /><b class="num">2.</b> to [[turn]] aside or [[away]], τὴν ὄψιν π. τινός Xen.: to put [[away]], [[remove]], NTest.<br /><b class="num">3.</b> to [[turn]] in a [[wrong]] [[direction]], Dem.:—Pass. to [[move]] in a [[wrong]] [[direction]], of paralysed limbs, Arist.<br /><b class="num">4.</b> to [[lead]] aside, [[mislead]]:—Pass. to be misled, err, go [[wrong]], Plat.<br /><b class="num">IV.</b> to [[sweep]] [[away]], of a [[river]], Plut.: —Pass. to be carried [[away]], Anth.<br /><b class="num">V.</b> to let [[pass]], Lat. praetermittere, τὰς ὥρας παρηνέγκατε τῆς θυσίας Orac. ap. Dem.:—Pass. to [[slip]] [[away]], [[escape]], Xen.<br />B. intr. to be [[beyond]] or [[over]], ἡμερῶν ὀλίγων παρενεγκουσῶν, ἡμέρας οὐ πολλὰς παρενεγκούσας a few days [[over]], [[more]] or [[less]], Thuc. | |||
}} | }} | ||
