Anonymous

Ask at the forum if you have an Ancient or Modern Greek query!

πατήρ: Difference between revisions

From LSJ
m
Text replacement - "\n" to ""
m (Text replacement - "εῑν" to "εῖν")
m (Text replacement - "\n" to "")
Line 47: Line 47:
}}
}}
{{elnl
{{elnl
|elnltext=πατήρ πατρός, ὁ Aeol. πάτηρ; gen. ep. en lyr. πατέρος, Aeol. πάτρος en πάτερος; dat. πατρί en πατέρι; acc. πατέρα, Aeol. πάτερα; vocat. πάτερ; nom. plur. πατέρες; gen. πατέρων, ep. ook πατρῶν; dat. πατρᾰ́σι(ν); acc. πατέρας vader:; πατὴρ ἐμὸς ἐσθλὸς Ὀδυσσεύς mijn vader, de edele Odysseus Od. 2.71; epith. van Zeus:; πατὴρ ἀνδρῶν τε θεῶν τε vader van mensen en goden Il. 1.544; christ. God:; ὁ πατὴρ ὑμῶν ὁ ἐν τοῖς οὐρανοῖς jullie vader die in de hemel is NT Mt. 7.11; uitbr., plur. οἱ πατέρες de voorouders:; πατέρων θ ’ ἕξει μέγαν ὄλβον hij zal de grote rijkdom van zijn voorouders bezitten Aeschl. Ch. 865; overdr.:; οὐ ποιέετε δίκαια ἐπὶ τοὺς πατέρας σρατευόμενοι jullie doen onrecht door tegen jullie vaderland op te trekken Hdt. 8.22.1; in vocat. beleefde aanspreekvorm van ouder persoon; ξεῖνε πάτερ geachte vreemdeling Od. 7.28; eretitel. π. πατρίδος vader des vaderlands Plut. Cic. 23.6. overdr. voor schepper, maker; Χρόνος ὁ πάντων πατήρ Tijd, de vader van alles Pind. O. 2.17; τὸν... ποιητὴν καὶ πατέρα τοῦδε τοῦ πάντος de maker en vader van dit alles Plat. Tim. 28c; van een hoofdsom (kapitaal). τοῦ πατρὸς ἐκγόνους τόκους πολλαπλασίους κομιζόμενοι (geldhandelaren) die rentes als veelvoudige nazaten van hun vader binnenhalen Plat. Resp. 555e.\n
|elnltext=πατήρ πατρός, ὁ Aeol. πάτηρ; gen. ep. en lyr. πατέρος, Aeol. πάτρος en πάτερος; dat. πατρί en πατέρι; acc. πατέρα, Aeol. πάτερα; vocat. πάτερ; nom. plur. πατέρες; gen. πατέρων, ep. ook πατρῶν; dat. πατρᾰ́σι(ν); acc. πατέρας vader:; πατὴρ ἐμὸς ἐσθλὸς Ὀδυσσεύς mijn vader, de edele Odysseus Od. 2.71; epith. van Zeus:; πατὴρ ἀνδρῶν τε θεῶν τε vader van mensen en goden Il. 1.544; christ. God:; ὁ πατὴρ ὑμῶν ὁ ἐν τοῖς οὐρανοῖς jullie vader die in de hemel is NT Mt. 7.11; uitbr., plur. οἱ πατέρες de voorouders:; πατέρων θ ’ ἕξει μέγαν ὄλβον hij zal de grote rijkdom van zijn voorouders bezitten Aeschl. Ch. 865; overdr.:; οὐ ποιέετε δίκαια ἐπὶ τοὺς πατέρας σρατευόμενοι jullie doen onrecht door tegen jullie vaderland op te trekken Hdt. 8.22.1; in vocat. beleefde aanspreekvorm van ouder persoon; ξεῖνε πάτερ geachte vreemdeling Od. 7.28; eretitel. π. πατρίδος vader des vaderlands Plut. Cic. 23.6. overdr. voor schepper, maker; Χρόνος ὁ πάντων πατήρ Tijd, de vader van alles Pind. O. 2.17; τὸν... ποιητὴν καὶ πατέρα τοῦδε τοῦ πάντος de maker en vader van dit alles Plat. Tim. 28c; van een hoofdsom (kapitaal). τοῦ πατρὸς ἐκγόνους τόκους πολλαπλασίους κομιζόμενοι (geldhandelaren) die rentes als veelvoudige nazaten van hun vader binnenhalen Plat. Resp. 555e.
}}
}}
{{etym
{{etym