Anonymous

διακρίνω: Difference between revisions

From LSJ
m
Text replacement - " ’" to "’"
m (Text replacement - "(*UTF)(*UCP)(<\/b> \w+\.) ([\p{Cyrillic}\s]+), ([\p{Cyrillic}\s]+):" to "$1 $2, $3:")
m (Text replacement - " ’" to "’")
Line 41: Line 41:
}}
}}
{{elnl
{{elnl
|elnltext=δια-κρίνω, Ion. inf. fut. med. διακρινέεσθαι met acc., causat. uit elkaar doen gaan, scheiden:; εἰς ὅ κε δαίμων ἄμμε διακρίνῃ totdat de godheid ons scheidt Il. 7.292; van anderen scheiden:. τὴν στρατίην διέκρινε hij selecteerde het leger Hdt. 8.114.1. onderscheiden:; καί κ ’ ἀλαός... διακρίνειε τὸ σῆμα ἀμφαφόων zelfs een blinde zou dit teken kunnen onderscheiden als hij het met zijn handen betastte Od. 8.195; ἔφερε δὲ καὶ ἦγε πάντας διακρίνων οὐδένα hij roofde en plunderde iedereen zonder onderscheid Hdt. 3.39.4; med..;: διακεκρίμεθα τάς τε καθαρὰς ἡδονὰς καί τὰς... ἀκαθάρτούς wij hebben een onderscheid gemaakt tussen de zuivere en de onzuivere genoegens Plat. Phlb. 52c; pass.: διεκέκριτο οὐδέν niets was meer uitgezonderd Thuc. 1.49.7. beslissen. beoordelen: met acc. v. h. inw. obj.:; διακρίνοντα θέμιστας ἰθείῃσι δίκῃσιν oordelen vellend met rechtvaardige uitspraken Hes. Th. 85; δ. τοιαύτην αἵρεσιν een dergelijke keuze te maken Hdt. 1.11.3; δ. δίκας vonnissen vellen Hdt. 1.100.1; abs..; ὅσαπερ περὶ μαντείας διακρίνει alles wat over mantiek beslist Aristoph. Av. 719; ook med., met acc.: διακρινώμεθα νεῖκος laten we de twist beslechten Hes. Op. 35. pass. intrans. gescheiden worden, uit elkaar gaan:; ἄλλοι δὲ διακρινθεῖτε τάχιστα de anderen moeten ijlings uiteen gaan Il. 3.102; διακεκριμέναι δὲ ἕκασται ἔρχατο alle schapen waren apart opgesloten Od. 9.220; overdr.: διακρινθέντας ὀίω ἂψ ἴμεν Οὔλυμπονδε ik denk dat zij zich zullen verwijderen en weer teruggaan naar de Olympus Il. 20.141; ὕστερον οὐ πολλῷ διεκρίθησαν πρὸς Ἀθηναίους niet lang daarna scheidden zij zich af (en sloten zij zich aan) bij de Atheners Thuc. 1.18.2. het pleit beslechten, een beslissing tot stand brengen:. πρὸς τοὺς ἀρίστους ἀνθρώπων μάχῃ διακριθῆναι het pleit beslechten in een gevecht tegen de dapperste mannen Hdt. 9.58.2; διακρινώμεθ ’ Ἄρῃ laten we het pleit beslechten in een gevecht Theocr. 22.175. NT twijfelen:. μὴ διακριθῆτε twijfelt niet NT Mt. 21.21.
|elnltext=δια-κρίνω, Ion. inf. fut. med. διακρινέεσθαι met acc., causat. uit elkaar doen gaan, scheiden:; εἰς ὅ κε δαίμων ἄμμε διακρίνῃ totdat de godheid ons scheidt Il. 7.292; van anderen scheiden:. τὴν στρατίην διέκρινε hij selecteerde het leger Hdt. 8.114.1. onderscheiden:; καί κ’ ἀλαός... διακρίνειε τὸ σῆμα ἀμφαφόων zelfs een blinde zou dit teken kunnen onderscheiden als hij het met zijn handen betastte Od. 8.195; ἔφερε δὲ καὶ ἦγε πάντας διακρίνων οὐδένα hij roofde en plunderde iedereen zonder onderscheid Hdt. 3.39.4; med..;: διακεκρίμεθα τάς τε καθαρὰς ἡδονὰς καί τὰς... ἀκαθάρτούς wij hebben een onderscheid gemaakt tussen de zuivere en de onzuivere genoegens Plat. Phlb. 52c; pass.: διεκέκριτο οὐδέν niets was meer uitgezonderd Thuc. 1.49.7. beslissen. beoordelen: met acc. v. h. inw. obj.:; διακρίνοντα θέμιστας ἰθείῃσι δίκῃσιν oordelen vellend met rechtvaardige uitspraken Hes. Th. 85; δ. τοιαύτην αἵρεσιν een dergelijke keuze te maken Hdt. 1.11.3; δ. δίκας vonnissen vellen Hdt. 1.100.1; abs..; ὅσαπερ περὶ μαντείας διακρίνει alles wat over mantiek beslist Aristoph. Av. 719; ook med., met acc.: διακρινώμεθα νεῖκος laten we de twist beslechten Hes. Op. 35. pass. intrans. gescheiden worden, uit elkaar gaan:; ἄλλοι δὲ διακρινθεῖτε τάχιστα de anderen moeten ijlings uiteen gaan Il. 3.102; διακεκριμέναι δὲ ἕκασται ἔρχατο alle schapen waren apart opgesloten Od. 9.220; overdr.: διακρινθέντας ὀίω ἂψ ἴμεν Οὔλυμπονδε ik denk dat zij zich zullen verwijderen en weer teruggaan naar de Olympus Il. 20.141; ὕστερον οὐ πολλῷ διεκρίθησαν πρὸς Ἀθηναίους niet lang daarna scheidden zij zich af (en sloten zij zich aan) bij de Atheners Thuc. 1.18.2. het pleit beslechten, een beslissing tot stand brengen:. πρὸς τοὺς ἀρίστους ἀνθρώπων μάχῃ διακριθῆναι het pleit beslechten in een gevecht tegen de dapperste mannen Hdt. 9.58.2; διακρινώμεθ’ Ἄρῃ laten we het pleit beslechten in een gevecht Theocr. 22.175. NT twijfelen:. μὴ διακριθῆτε twijfelt niet NT Mt. 21.21.
}}
}}
{{elru
{{elru