3,274,873
edits
m (Text replacement - " ’" to "’") |
|||
Line 23: | Line 23: | ||
}} | }} | ||
{{elnl | {{elnl | ||
|elnltext=προξενέω [πρόξενος] imperf. προυξένουν, προεξένουν en ἐπροξένουν; aor. προυξένησα en προεξένησα beschermheer (proxenos) zijn (van), met gen.: τὸ προξενεῖν ὑμῶν jullie proxenos zijn Xen. Hell. 6.4.24; πειράσομαί σου προξενεῖν ik zal proberen je te beschermen Eur. Med. 724. doen wat een proxenos doet introduceren; abs..; προξένησον ὡς τύχω μαντευμάτων introduceer mij zodat ik voorspellingen krijg Eur. Hel. 146; met acc.. ἄνδρα προὐξένησε τῷ υἱεῖ διδάσκαλον μουσικῆς hij heeft een man geïntroduceerd als muziekleraar voor mijn zoon Plat. Lach. 180c. verschaffen, regelen; met acc..; ἐλπίς, ἥτις καὶ θράσος τι προξενεῖ hoop die nog een beetje vertrouwen kan verschaffen Soph. Tr. 726; met acc. en dat. subst. ptc..; οἱ ταύτην Καίσαρι τιμὴν προξενοῦντες mensen die Caesar die eer wilden bezorgen Plut. Caes. 60.2; ταύτην σοι τὴν εὐδαιμονίαν προξενοῦμεν dat is het geluk dat wij jullie verschaffen Luc. 27.10; ongunstig; κίνδυνόν τινι iem. in gevaar brengen Xen. An. 6.5.14; met dat. en inf.. αἳ... ὑμῖν | |elnltext=προξενέω [πρόξενος] imperf. προυξένουν, προεξένουν en ἐπροξένουν; aor. προυξένησα en προεξένησα beschermheer (proxenos) zijn (van), met gen.: τὸ προξενεῖν ὑμῶν jullie proxenos zijn Xen. Hell. 6.4.24; πειράσομαί σου προξενεῖν ik zal proberen je te beschermen Eur. Med. 724. doen wat een proxenos doet introduceren; abs..; προξένησον ὡς τύχω μαντευμάτων introduceer mij zodat ik voorspellingen krijg Eur. Hel. 146; met acc.. ἄνδρα προὐξένησε τῷ υἱεῖ διδάσκαλον μουσικῆς hij heeft een man geïntroduceerd als muziekleraar voor mijn zoon Plat. Lach. 180c. verschaffen, regelen; met acc..; ἐλπίς, ἥτις καὶ θράσος τι προξενεῖ hoop die nog een beetje vertrouwen kan verschaffen Soph. Tr. 726; met acc. en dat. subst. ptc..; οἱ ταύτην Καίσαρι τιμὴν προξενοῦντες mensen die Caesar die eer wilden bezorgen Plut. Caes. 60.2; ταύτην σοι τὴν εὐδαιμονίαν προξενοῦμεν dat is het geluk dat wij jullie verschaffen Luc. 27.10; ongunstig; κίνδυνόν τινι iem. in gevaar brengen Xen. An. 6.5.14; met dat. en inf.. αἳ... ὑμῖν ὧδ’ ὁρᾶν τὰ πρόσθε λαμπρὰ προυξένησαν ὄμματα (handen) die voor jullie geregeld hebben dat jullie mijn ogen, die vroeger straalden, nu zo moeten aanschouwen Soph. OT 1483. | ||
}} | }} | ||
{{elru | {{elru |