καταπροίξομαι: Difference between revisions
From LSJ
Οὐκ ἔστι σιγᾶν αἰσχρόν, ἀλλ' εἰκῆ λαλεῖν → Silere non est turpe, sed frustra loqui → nicht Schweigen schändet, sondern Schwätzen auf gut Glück
(Bailly1_3) |
(nl) |
||
Line 1: | Line 1: | ||
{{bailly | {{bailly | ||
|btext=<i>att. c.</i> [[καταπροΐξομαι]]. | |btext=<i>att. c.</i> [[καταπροΐξομαι]]. | ||
}} | |||
{{elnl | |||
|elnltext=καταπροίξομαι, Ιon. καταπροΐξομαι [κατά, προῖκα] alleen fut. en altijd met ontk. ongestraft zullen blijven:; ἐκείνους... οὐ καταπροΐξεσθαι dat zij niet ongestraft zullen blijven Hdt. 3.36.6; met gen.:; οὐ... ἐμοῦ καταπροΐξει je zult niet ongestraft van me afkomen Aristoph. Nub. 1240; met nom. en ptc.: οὐ καταπροΐξονται ἀποστάντες zij zullen niet ongestraft blijven voor hun opstand Hdt. 5.105.1; οὔτοι καταπροίξει λέγουσα ταυτί met deze woorden zal zij niet wegkomen Aristoph. Th. 566. | |||
}} | }} |
Revision as of 07:00, 1 January 2019
French (Bailly abrégé)
att. c. καταπροΐξομαι.
Dutch (Woordenboekgrieks.nl)
καταπροίξομαι, Ιon. καταπροΐξομαι [κατά, προῖκα] alleen fut. en altijd met ontk. ongestraft zullen blijven:; ἐκείνους... οὐ καταπροΐξεσθαι dat zij niet ongestraft zullen blijven Hdt. 3.36.6; met gen.:; οὐ... ἐμοῦ καταπροΐξει je zult niet ongestraft van me afkomen Aristoph. Nub. 1240; met nom. en ptc.: οὐ καταπροΐξονται ἀποστάντες zij zullen niet ongestraft blijven voor hun opstand Hdt. 5.105.1; οὔτοι καταπροίξει λέγουσα ταυτί met deze woorden zal zij niet wegkomen Aristoph. Th. 566.