τροπαῖος: Difference between revisions

1b
(nl)
(1b)
Line 24: Line 24:
{{elnl
{{elnl
|elnltext=τροπαῖος -α -ον [τρέπω] adj. een wending teweegbrengend, vlucht teweegbrengend:; Ζεὺς τροπαῖος Zeus die op de vlucht doet slaan Soph. Ant. 143; τροπαῖά τ ’ ἐχθρῶν καὶ πόλει σωτήρια (offers) om de vijand op de vlucht te doen slaan en de stad te redden Eur. Hcld. 402; ook het kwaad afwerend (= ἀποτροπαῖος ):. ὦ Ζεῦ τροπαῖε o Zeus, die het kwaad afweert Soph. Tr. 303. subst. ἡ τροπαία omslag, ommekeer:. τροπαία λήματος verandering van inzicht Aeschl. Sept. 706; τροπαία κακῶν omslag in de ellende Aeschl. Ch. 775. τὸ τροπαῖον, τρόπαιον trofee, zegeteken, gedenkteken (van het op de vlucht laten slaan v. d. vijand):; τροπαῖον πῶς ἀναστήσεις Διί; hoe zult u een zegeteken voor Zeus oprichten? Eur. Phoen. 572; met gen.:; τροπαῖον τῆς τροπῆς een gedenkteken van de overwinning Thuc. 2.92.5; met prep.:; στῆσαι τροπαῖα κατὰ τῶν πολεμίων gedenktekens voor de overwinning op de vijand Lys. 18.3; overdr.: κοὐδεὶς τροπαῖ ’ ἔστησε τῶν ἐμῶν χερῶν en niemand heeft een trofee opgericht omdat hij mijn handen heeft overwonnen Soph. Tr. 1102; τροπαῖον ἂν στήσαιτο τῶν ταύτης τρόπων (alleen een god) zou een overwinning kunnen behalen op haar (van Penia) manier van doen Aristoph. Pl. 453.
|elnltext=τροπαῖος -α -ον [τρέπω] adj. een wending teweegbrengend, vlucht teweegbrengend:; Ζεὺς τροπαῖος Zeus die op de vlucht doet slaan Soph. Ant. 143; τροπαῖά τ ’ ἐχθρῶν καὶ πόλει σωτήρια (offers) om de vijand op de vlucht te doen slaan en de stad te redden Eur. Hcld. 402; ook het kwaad afwerend (= ἀποτροπαῖος ):. ὦ Ζεῦ τροπαῖε o Zeus, die het kwaad afweert Soph. Tr. 303. subst. ἡ τροπαία omslag, ommekeer:. τροπαία λήματος verandering van inzicht Aeschl. Sept. 706; τροπαία κακῶν omslag in de ellende Aeschl. Ch. 775. τὸ τροπαῖον, τρόπαιον trofee, zegeteken, gedenkteken (van het op de vlucht laten slaan v. d. vijand):; τροπαῖον πῶς ἀναστήσεις Διί; hoe zult u een zegeteken voor Zeus oprichten? Eur. Phoen. 572; met gen.:; τροπαῖον τῆς τροπῆς een gedenkteken van de overwinning Thuc. 2.92.5; met prep.:; στῆσαι τροπαῖα κατὰ τῶν πολεμίων gedenktekens voor de overwinning op de vijand Lys. 18.3; overdr.: κοὐδεὶς τροπαῖ ’ ἔστησε τῶν ἐμῶν χερῶν en niemand heeft een trofee opgericht omdat hij mijn handen heeft overwonnen Soph. Tr. 1102; τροπαῖον ἂν στήσαιτο τῶν ταύτης τρόπων (alleen een god) zou een overwinning kunnen behalen op haar (van Penia) manier van doen Aristoph. Pl. 453.
}}
{{mdlsj
|mdlsjtxt=[[τροπαῖος]], η, ον<br /><b class="num">I.</b> of or for [[defeat]] ([[τροπή]] II), ἐχθρῶν θύειν τροπαῖα (sc. [[ἱερά]]) a [[sacrifice]] for [[their]] [[defeat]], Eur.; [[Ζεὺς]] Τρ., as [[giver]] of [[victory]], Soph.<br /><b class="num">2.</b> causing [[rout]], Ἕκτορος ὄμμασι τροπαῖοι, i. e. [[terrible]] to the eyes of [[Hector]], Eur.<br /><b class="num">II.</b> like [[ἀποτρόπαιος]], [[averting]], Lat. averruncus, [[Ζεύς]] Soph.
}}
}}