Anonymous

γαμέω: Difference between revisions

From LSJ
2,532 bytes added ,  2 October 2019
1a
m (Text replacement - " . ." to "…")
(1a)
Line 48: Line 48:
{{elnl
{{elnl
|elnltext=[[γαμέω]], aor. [[ἔγημα]], later ἐγάμησα, Dor. 3 sing. ἔγα̅μεν en [[γᾶμεν]], med. ἐγημάμην, pass. ἐγαμήθην ; fut. [[γαμέω]], contr. γαμῶ, later γαμήσω, med. γαμέομαι, contr. γαμοῦμαι, later γαμήσομαι, ep. 3 sing. γαμέσσεται<br /><b class="num">1.</b> act.<br /><b class="num">2.</b> gezegd van een man die met een vrouw een ‘huwelijk’ in de zin van vaste seksuele relatie aangaat (geen jurid. status, wel maat sch. erkend) tot vrouw nemen, trouwen met, met acc.:; κούρην... οὐ [[γαμέω]] Ἀγαμέμνονος ik zal niet trouwen met de dochter van Agamemnon Il. 9.388; [[ἔνθα]] δ ’ ἔγημε γυναῖκα καὶ... θέτο [[δῶμα]] daar trouwde hij zijn vrouw en bouwde hij een huis Od. 15.241; met acc. v. h. inw. obj.:; γαμεῖ γάμον τοιοῦτον ᾧ ποτ ’ ἀσχαλεῖ hij zal zó’n huwelijk sluiten dat hij er later verdriet van zal hebben Aeschl. PV 764; γ. λέκτρα βασιλέων een koninklijk huwelijk sluiten (d.w.z. met de dochter van de koning) Eur. Med. 594; γάμους πλείονας meerdere huwelijken sluiten Plut. Comp. Demetr. Ant. 4.1; γάμους... τοὺς πρώτους ἐγάμεε Πέρσῃσι ὁ [[Δαρεῖος]], Κύρου... [[δύο]] θυγατέρας Darius sloot zeer goede huwelijken bij de Perzen, met twee dochters van Cyrus Hdt. 3.88.2; met gen. partit.:; Ἀδρήστοιο δ ’ ἔγημε θυγατρῶν hij trouwde met één van de dochters van Adrastυs Il. 14.121; met prep.:; ἐξ [[ἐμεῦ]] γῆμαι (een dochter) uit mijn huis te trouwen Hdt. 6.130.2; [[φίλων]] μὲν ἂν γήμαιμ ’ ἀπ ’ [[ἀνδρῶν]], [[ἔκτοθεν]] δ ’ οὐ ῥαιδίως ik zou wel met een dochter van verwanten kunnen trouwen, maar niet gemakkelijk buiten de familie Eur. Andr. 975; γαμοῦσι... παρὰ τούτων zij trouwen met dochters van die mensen Plat. Pol. 310c; τὴν Καλλίου γ. ἀδελφὴν ἐπὶ [[δέκα]] ταλάντοις voor een bruidsschat van tien talenten met de zuster van Callias trouwen And. 4.13; abs. trouwen:; εἰκὸς... ἦν τὸν πρεσβύτατον πρῶτον γῆμαι het was logisch dat de oudste als eerste trouwde Thuc. 6.55.1; iron. van een vrouw. : αὐτὴ τάδ ’ εἵλου... # τί δρῶσα ; [[μῶν]] γαμοῦσα καὶ προδῶσά σε ; jij hebt dit zelf gekozen... # door wat te doen? soms door een andere vrouw te nemen en jou te verraden? Eur. Med. 606.<br /><b class="num">3.</b> uitbr. eufem. ‘tot vrouw nemen’, een seksuele relatie hebben met, met acc.:; [[Αἴγισθος]]... Ἀτρεΐδαο γῆμ ’ ἄλοχον μνήστην Aegisthus heeft de echtgenote van de zoon van Atreus tot vrouw genomen Od. 1.36; ook voor overspelige relatie:; τὸν Ἑλένης … γάμον γήμας [[Πάρις]] Paris, die een relatie aanging met Helena Eur. IA 467; voor onvrijwillige relatie, met acc. v. h. inw. obj. : γαμεῖ [[βιαίως]] [[σκότιον]] [[Ἀγαμέμνων]] [[λέχος]] Agamemnon is met gebruik van geweld een eerloos ‘huwelijk’ (met Cassandra) aangegaan Eur. Tr. 44; τὴν γυναῖκα ἐς τὴν ὁδὸν ἀνατρέψας γαμεῖν ἐβούλετο hij gooide de vrouw tegen de grond en wilde seks met haar hebben Luc. 39.32.<br /><b class="num">4.</b> later ook van een vrouw trouwen (met), tot man nemen; abs.. γαμεῖν θέλουσιν zij (jonge weduwes) willen trouwen NT 1 Tim. 5.11.<br /><b class="num">5.</b> med., gezegd van een vrouw met wie een man een [[γάμος]] aangaat: trouwen (met); abs..; οὐ γαμέεται [[παρθένος]] [[οὐδεμία]] πρὶν ἂν [[τῶν]] πολεμίων ἄνδρα ἀποκτείνῃ geen enkele jonge vrouw trouwt voordat zij een man gedood heeft onder de vijanden Hdt. 4.117; met dat. met (een man).<br /><b class="num">6.</b> pass., gezegd van de vrouw getrouwd raken, getrouwd worden :. τὴν θυγατέραν [[τοῦ]] κωμάρχου ἐνάτην ἡμέραν γεγαμημένην de dochter van het dorpshoofd die net acht dagen getrouwd was Xen. An. 4.5.24.
|elnltext=[[γαμέω]], aor. [[ἔγημα]], later ἐγάμησα, Dor. 3 sing. ἔγα̅μεν en [[γᾶμεν]], med. ἐγημάμην, pass. ἐγαμήθην ; fut. [[γαμέω]], contr. γαμῶ, later γαμήσω, med. γαμέομαι, contr. γαμοῦμαι, later γαμήσομαι, ep. 3 sing. γαμέσσεται<br /><b class="num">1.</b> act.<br /><b class="num">2.</b> gezegd van een man die met een vrouw een ‘huwelijk’ in de zin van vaste seksuele relatie aangaat (geen jurid. status, wel maat sch. erkend) tot vrouw nemen, trouwen met, met acc.:; κούρην... οὐ [[γαμέω]] Ἀγαμέμνονος ik zal niet trouwen met de dochter van Agamemnon Il. 9.388; [[ἔνθα]] δ ’ ἔγημε γυναῖκα καὶ... θέτο [[δῶμα]] daar trouwde hij zijn vrouw en bouwde hij een huis Od. 15.241; met acc. v. h. inw. obj.:; γαμεῖ γάμον τοιοῦτον ᾧ ποτ ’ ἀσχαλεῖ hij zal zó’n huwelijk sluiten dat hij er later verdriet van zal hebben Aeschl. PV 764; γ. λέκτρα βασιλέων een koninklijk huwelijk sluiten (d.w.z. met de dochter van de koning) Eur. Med. 594; γάμους πλείονας meerdere huwelijken sluiten Plut. Comp. Demetr. Ant. 4.1; γάμους... τοὺς πρώτους ἐγάμεε Πέρσῃσι ὁ [[Δαρεῖος]], Κύρου... [[δύο]] θυγατέρας Darius sloot zeer goede huwelijken bij de Perzen, met twee dochters van Cyrus Hdt. 3.88.2; met gen. partit.:; Ἀδρήστοιο δ ’ ἔγημε θυγατρῶν hij trouwde met één van de dochters van Adrastυs Il. 14.121; met prep.:; ἐξ [[ἐμεῦ]] γῆμαι (een dochter) uit mijn huis te trouwen Hdt. 6.130.2; [[φίλων]] μὲν ἂν γήμαιμ ’ ἀπ ’ [[ἀνδρῶν]], [[ἔκτοθεν]] δ ’ οὐ ῥαιδίως ik zou wel met een dochter van verwanten kunnen trouwen, maar niet gemakkelijk buiten de familie Eur. Andr. 975; γαμοῦσι... παρὰ τούτων zij trouwen met dochters van die mensen Plat. Pol. 310c; τὴν Καλλίου γ. ἀδελφὴν ἐπὶ [[δέκα]] ταλάντοις voor een bruidsschat van tien talenten met de zuster van Callias trouwen And. 4.13; abs. trouwen:; εἰκὸς... ἦν τὸν πρεσβύτατον πρῶτον γῆμαι het was logisch dat de oudste als eerste trouwde Thuc. 6.55.1; iron. van een vrouw. : αὐτὴ τάδ ’ εἵλου... # τί δρῶσα ; [[μῶν]] γαμοῦσα καὶ προδῶσά σε ; jij hebt dit zelf gekozen... # door wat te doen? soms door een andere vrouw te nemen en jou te verraden? Eur. Med. 606.<br /><b class="num">3.</b> uitbr. eufem. ‘tot vrouw nemen’, een seksuele relatie hebben met, met acc.:; [[Αἴγισθος]]... Ἀτρεΐδαο γῆμ ’ ἄλοχον μνήστην Aegisthus heeft de echtgenote van de zoon van Atreus tot vrouw genomen Od. 1.36; ook voor overspelige relatie:; τὸν Ἑλένης … γάμον γήμας [[Πάρις]] Paris, die een relatie aanging met Helena Eur. IA 467; voor onvrijwillige relatie, met acc. v. h. inw. obj. : γαμεῖ [[βιαίως]] [[σκότιον]] [[Ἀγαμέμνων]] [[λέχος]] Agamemnon is met gebruik van geweld een eerloos ‘huwelijk’ (met Cassandra) aangegaan Eur. Tr. 44; τὴν γυναῖκα ἐς τὴν ὁδὸν ἀνατρέψας γαμεῖν ἐβούλετο hij gooide de vrouw tegen de grond en wilde seks met haar hebben Luc. 39.32.<br /><b class="num">4.</b> later ook van een vrouw trouwen (met), tot man nemen; abs.. γαμεῖν θέλουσιν zij (jonge weduwes) willen trouwen NT 1 Tim. 5.11.<br /><b class="num">5.</b> med., gezegd van een vrouw met wie een man een [[γάμος]] aangaat: trouwen (met); abs..; οὐ γαμέεται [[παρθένος]] [[οὐδεμία]] πρὶν ἂν [[τῶν]] πολεμίων ἄνδρα ἀποκτείνῃ geen enkele jonge vrouw trouwt voordat zij een man gedood heeft onder de vijanden Hdt. 4.117; met dat. met (een man).<br /><b class="num">6.</b> pass., gezegd van de vrouw getrouwd raken, getrouwd worden :. τὴν θυγατέραν [[τοῦ]] κωμάρχου ἐνάτην ἡμέραν γεγαμημένην de dochter van het dorpshoofd die net acht dagen getrouwd was Xen. An. 4.5.24.
}}
{{FriskDe
|ftr='''γαμέω''': {gaméō}<br />'''Forms''': Präs. (Inf. u. Ptz.) wahrscheinlich seit Od., Fut. [[γαμέω]] (γαμῶ), Aor. γῆμαι (beide seit Il.), Perf. γεγάμηκα, -ημαι (att.); späte Formen γαμήσω, ἐγάμησα, ἐγαμήθην; einmalige Futurform γαμέσσεται Ι 394 [[verheiraten]] (Aristarch dafür γε μάσσεται).<br />'''Grammar''': v.<br />'''Meaning''': [[heiraten]] (vom Manne), [[sich verheiraten]] (vom Weibe),<br />'''Derivative''': Daraus rückgebildet [[γάμος]] m. [[Heirat]], [[Hochzeit]] (seit Il.) mit [[γαμικός]] (Pl., Arist. usw.), [[γάμιος]] (Mosch., Opp. u. a.), [[γαμίζω]] [[verheiraten]] (A. D., NT). — Von [[γαμέω]]: [[γαμετή]] [[Gattin]], [[Frau]] (seit Hes.); von [[γάμος]]: [[γαμέτης]] [[Gatte]], [[Ehemann]] (A., E., X. usw.) mit [[γαμέτις]] (''AP'' u. a.). — Ohne sicheren Ausgangspunkt, vielleicht von einem ''l''-Nomen (Schwyzer 483), [[γαμήλιος]] [[hochzeitlich]] (seit A.) mit dem Monatsnamen [[Γαμηλιών]] (Attika, Arist. u. a.); auch [[γαμήλευμα]] [[Ehe]] (A. ''Ch''. 624 [lyr.], freie poetische Bildung, vgl. Chantraine Formation 186); ''l''-Suffix auch in [[γάμελα]] n. pl. [[Heiratsopfer]] (Delphi V<sup>a</sup>) und [[Γαμίλιος]] Monatsname (Dodona). — Zu [[γαμήσιμος]] [[nubilis]] (Gloss.) s. Arbenz Die Adj. auf -ιμος 88. — Sekundäre Erweiterung γαμίσκομαι (Arist. usw.; vgl. Schwyzer 709); Desiderativum [[γαμησείω]] (Alkiphr.).<br />'''Etymology''' : Schwerlich von [[γαμβρός]] zu trennen, das allerdings auch von [[γαμέω]] sekundär attrahiert sein kann. Falls mit [[γαμβρός]] urverwandt, kann [[γαμέω]] wegen seines palatalen Anlauts nicht (mit Hermann Gött. Nachr. 1934, 61, Kretschmer Glotta 26, 65, E. Maaß RhM 77, 1; dagegen Wahrmann Glotta 19, 214) zu [[γέντο]], [[ὕγγεμος]] = [[συλλαβή]], [[γέμω]] usw. gehören, was sonst immerhin möglich wäre. Gegen Anknüpfung an [[βαίνω]] (Georgiev) Kretschmer Glotta 26, 65, Specht Gnomon 13, 172f., Schwyzer 720 A. 12. Da die Sippe von [[γαμβρός]] sonst keine Verba enthält, bieten sich für die Analyse von [[γαμέω]] keine außergriechischen Vergleichspunkte. Auszugehen ist von einer zweisilbigen Wurzel γαμε-, von der der Aorist [[ἔγημα]] (dor. ἔγαμα) eine einsilbige Reduktionsstufe repräsentiert, vgl. Specht KZ 59, 96.<br />'''Page''' 1,287-288
}}
}}