Anonymous

σῶμα: Difference between revisions

From LSJ
m
Text replacement - "\n" to ""
m (Text replacement - "ἡμῑν" to "ἡμῖν")
m (Text replacement - "\n" to "")
Line 44: Line 44:
}}
}}
{{elnl
{{elnl
|elnltext=σῶμα, -ατος, τό dood lichaam, lijk (bij Hom. steeds in deze bet. ); zelden na Hom.:; σώματα ὅλα καταγίζων lijken in hun geheel verbrandend Hdt. 7.167; τὸ σῶμα τοῦ τεθνεῶτος het lichaam van de dode Plat. Resp. 469d; kadaver:. λέων ἐχάρη μεγάλῳ ἐπὶ σώματι κύρσας een leeuw is blij als hij stuit op een groot kadaver Il. 3.23. lichaam, lijf:; τὰ οὐνόματα σφι ἐόντα ὅμοια τοῖσι σώμασι hun namen die in overeenstemming zijn met hun lichamen Hdt. 1.139; overdr. leven:. ἀγαπῶντες ὅτι τὰ σώματα διεσωσάμεθα blij dat wij het vege lijf gered hebben Xen. An. 5.5.13. persoon:; σῴζει τὰ πολλὰ σώματα ἡ πειθαρχία gehoorzaamheid aan de leiding redt de meeste personen (van de stad) Soph. Ant. 676; μηδέ... περὶ πολλῶν σωμάτων... βουλεύσωμεν laten we niet over vele personen beslissen Thuc. 1.85.1; als omschrijving:; ἀνθρώπου σῶμα een menselijk individu Hdt. 1.32.8; σῶμα θηρός het beest (Cerberus) Soph. OC 1568; jur. als rechtspersoon civiele status, bestaan:. μέρος ἠτιμῶσθαι τοῦ σώματος dat hij een deel van zijn burgerstatus kwijt is (nl. iem. die drie maal iets\n onwettigs heeft voorgesteld) Dem. 51.12. lichaam (als substantie):; τὸ μὲν σῶμά ἐστιν ἡμῖν σῆμα ons lichaam is voor ons een graf Plat. Grg. 493a; christ..; τοῦτό ἐστιν τὸ σῶμά μου dit is mijn lichaam (bij eucharistie) NT Mt. 26.26; overdr.. οἱ πολλοὶ ἓν σῶμά ἐσμεν ἐν Χριστῷ wij zijn allen tezamen één lichaam in Christus NT Rom. 12.5. lichaam, massa:; ὑπὸ δε σώματι γᾶς πλοῦτος ἄβυσσος ἔσται onder hun lichaam zal een onmetelijke rijkdom van aarde zijn Aeschl. Sept. 949; τὸ σῶμα τοῦ κόσμου de wereldmassa Plat. Tim. 32c; hoofdbestanddeel, kern:. ὅπερ ἐστὶ σῶμα τῆς πίστεως wat de kern van de bewijsvoering is Aristot. Rh. 1354a15.
|elnltext=σῶμα, -ατος, τό dood lichaam, lijk (bij Hom. steeds in deze bet. ); zelden na Hom.:; σώματα ὅλα καταγίζων lijken in hun geheel verbrandend Hdt. 7.167; τὸ σῶμα τοῦ τεθνεῶτος het lichaam van de dode Plat. Resp. 469d; kadaver:. λέων ἐχάρη μεγάλῳ ἐπὶ σώματι κύρσας een leeuw is blij als hij stuit op een groot kadaver Il. 3.23. lichaam, lijf:; τὰ οὐνόματα σφι ἐόντα ὅμοια τοῖσι σώμασι hun namen die in overeenstemming zijn met hun lichamen Hdt. 1.139; overdr. leven:. ἀγαπῶντες ὅτι τὰ σώματα διεσωσάμεθα blij dat wij het vege lijf gered hebben Xen. An. 5.5.13. persoon:; σῴζει τὰ πολλὰ σώματα ἡ πειθαρχία gehoorzaamheid aan de leiding redt de meeste personen (van de stad) Soph. Ant. 676; μηδέ... περὶ πολλῶν σωμάτων... βουλεύσωμεν laten we niet over vele personen beslissen Thuc. 1.85.1; als omschrijving:; ἀνθρώπου σῶμα een menselijk individu Hdt. 1.32.8; σῶμα θηρός het beest (Cerberus) Soph. OC 1568; jur. als rechtspersoon civiele status, bestaan:. μέρος ἠτιμῶσθαι τοῦ σώματος dat hij een deel van zijn burgerstatus kwijt is (nl. iem. die drie maal iets onwettigs heeft voorgesteld) Dem. 51.12. lichaam (als substantie):; τὸ μὲν σῶμά ἐστιν ἡμῖν σῆμα ons lichaam is voor ons een graf Plat. Grg. 493a; christ..; τοῦτό ἐστιν τὸ σῶμά μου dit is mijn lichaam (bij eucharistie) NT Mt. 26.26; overdr.. οἱ πολλοὶ ἓν σῶμά ἐσμεν ἐν Χριστῷ wij zijn allen tezamen één lichaam in Christus NT Rom. 12.5. lichaam, massa:; ὑπὸ δε σώματι γᾶς πλοῦτος ἄβυσσος ἔσται onder hun lichaam zal een onmetelijke rijkdom van aarde zijn Aeschl. Sept. 949; τὸ σῶμα τοῦ κόσμου de wereldmassa Plat. Tim. 32c; hoofdbestanddeel, kern:. ὅπερ ἐστὶ σῶμα τῆς πίστεως wat de kern van de bewijsvoering is Aristot. Rh. 1354a15.
}}
}}
{{etym
{{etym