διαλλάττω
καλῶς γέ μου τὸν υἱὸν ὦ Στιλβωνίδη εὑρὼν ἀπιόντ' ἀπὸ γυμνασίου λελουμένον οὐκ ἔκυσας, οὐ προσεῖπας, οὐ προσηγάγου, οὐκ ὠρχιπέδισας, ὢν ἐμοὶ πατρικὸς φίλος → Ah! Is this well done, Stilbonides? You met my son coming from the bath after the gymnasium and you neither spoke to him, nor kissed him, nor took him with you, nor ever once felt his balls. Would anyone call you an old friend of mine?
French (Bailly abrégé)
att. c. διαλλάσσω.
Dutch (Woordenboekgrieks.nl)
δι-αλλάττω, Ion. διαλλάσσω met acc., causat., van plaats doen wisselen ruilen, in ruil geven, met acc. en dat.:; ἄλλον δ. τοῖς κάτω νεκρόν een ander lijk in ruil te geven aan de onderwereld Eur. Alc. 14; omruilen, vervangen:; τὸ διαλλάττειν τοὺς ναυάρχους het steeds wisselen van kapiteins Xen. Hell. 1.6.4; abs.: van plaats wisselen; ptc. subst.:; τὸ... ἐξ ἄλλης εἰς ἄλλην διαλλάττον ὠνῇ καὶ πράσει ἐμπορική; (wordt niet) dat wat van de ene naar de andere stad overgaat door middel van koop en verkoop ‘handel' (genoemd)? Plat. Sph. 223d; med. onderling verruilen:. δ. τὰς τάξεις van positie wisselen Hdt. 9.47. verzoenen, maken dat... zich verzoent, met acc. en dat. of πρός + acc.: εἰ Ἀθηναίοις... διαλλάξειεν αὐτόν als hij hem met de Atheners zou verzoenen Thuc. 2.95.2; δ. τὰς πόλεις πρὸς ἀλλήλας de steden met elkaar verzoenen Isocr. 5.111. met alleen dat. verschillen van:; διαλλάσσοντες εἶδος μὲν οὐδὲν τοῖσι ἑτέροισι uiterlijk in niets van de anderen verschillend Hdt. 7.70.1; ook med.:; τοῖς εἴδεσι διηλλαγμένα verschillend in verschijningsvormen Thuc. 3.82.2; met ἀπό + gen. zich afscheiden (van):; τὸ δὲ ἀσύμφορον... διαλάσσει ἀπ’ ἀλλήλων het niet-passende scheidt zich af van de rest Hp. Vict. 1.6; abs.: εἰ... πολὺ διαλλάττοι τῇ ἀρετῇ als hij zich sterk onderscheidt door zijn voortreffelijkheid Aristot. EN 1165b24. pass. intrans., met θη - aor. zich verzoenen:; ἢν μὴ διαλλαχθῆτε als jullie je niet verzoenen Aristoph. Lys. 900; ook met πρός + acc.:; πρὸς δὲ τούς... περὶ τῶν ἐγκλημάτων διαλαττόμενος mij met anderen verzoenend aangaande hun klachten Isocr. 3.33; met gen.: διαλλάχθηθ’... τῆς πρόσθεν ἔχθρας ἐς φίλους verlos u uit de voorgaande vijandschap met uw dierbaren Eur. Med. 896.