διαλλάττω
θοῦ, Κύριε, φυλακὴν τῷ στόµατί µου καὶ θύραν περιοχῆς περὶ τὰ χείλη µου → set a guard over my mouth, Lord; keep watch over the door of my lips | set a guard, O Lord, over my mouth; keep watch over the door of my lips (Psalm 140:3, Septuagint version)
French (Bailly abrégé)
att. c. διαλλάσσω.
Dutch (Woordenboekgrieks.nl)
δι-αλλάττω, Ion. διαλλάσσω met acc., causat., van plaats doen wisselen ruilen, in ruil geven, met acc. en dat.:; ἄλλον δ. τοῖς κάτω νεκρόν een ander lijk in ruil te geven aan de onderwereld Eur. Alc. 14; omruilen, vervangen:; τὸ διαλλάττειν τοὺς ναυάρχους het steeds wisselen van kapiteins Xen. Hell. 1.6.4; abs.: van plaats wisselen; ptc. subst.:; τὸ... ἐξ ἄλλης εἰς ἄλλην διαλλάττον ὠνῇ καὶ πράσει ἐμπορική; (wordt niet) dat wat van de ene naar de andere stad overgaat door middel van koop en verkoop ‘handel' (genoemd)? Plat. Sph. 223d; med. onderling verruilen:. δ. τὰς τάξεις van positie wisselen Hdt. 9.47. verzoenen, maken dat... zich verzoent, met acc. en dat. of πρός + acc.: εἰ Ἀθηναίοις... διαλλάξειεν αὐτόν als hij hem met de Atheners zou verzoenen Thuc. 2.95.2; δ. τὰς πόλεις πρὸς ἀλλήλας de steden met elkaar verzoenen Isocr. 5.111. met alleen dat. verschillen van:; διαλλάσσοντες εἶδος μὲν οὐδὲν τοῖσι ἑτέροισι uiterlijk in niets van de anderen verschillend Hdt. 7.70.1; ook med.:; τοῖς εἴδεσι διηλλαγμένα verschillend in verschijningsvormen Thuc. 3.82.2; met ἀπό + gen. zich afscheiden (van):; τὸ δὲ ἀσύμφορον... διαλάσσει ἀπ’ ἀλλήλων het niet-passende scheidt zich af van de rest Hp. Vict. 1.6; abs.: εἰ... πολὺ διαλλάττοι τῇ ἀρετῇ als hij zich sterk onderscheidt door zijn voortreffelijkheid Aristot. EN 1165b24. pass. intrans., met θη - aor. zich verzoenen:; ἢν μὴ διαλλαχθῆτε als jullie je niet verzoenen Aristoph. Lys. 900; ook met πρός + acc.:; πρὸς δὲ τούς... περὶ τῶν ἐγκλημάτων διαλαττόμενος mij met anderen verzoenend aangaande hun klachten Isocr. 3.33; met gen.: διαλλάχθηθ’... τῆς πρόσθεν ἔχθρας ἐς φίλους verlos u uit de voorgaande vijandschap met uw dierbaren Eur. Med. 896.